donderdag 3 december 2009

zaterdag 21 november

Vogeleiland 21 november 2009 10.00 – 13.00 uur

Woensdag was er regen en narigheid voorspeld en met de regenachtige ochtend in park Lagerhuis in gedachte gingen we vol goede moed op weg. Gelukkig was het goed weer, zelfs eindigend in stralend.
In 2 groepen hebben we langs 10 meter touw geïnventariseerd welke planten we wisten te herkenen aan de vegetatieve kenmerken. Wij begonnen langs daar waar het zompig was. Allereerst ging onze belangstelling uit naar de rode vruchten van de Gelderse roos. Deze giftige vruchten worden niet gewaardeerd door onze vogels. In de winter, komen er vaak pestvogels die van Gelderse roos naar Gelderse roos trekken.

Langs de lijn:
Zomprus
Moerasspirea
Weegbree
Kale Jonker
Akkerdistel
Rolklaver
(Oever)zegge
Bies
Watermunt
Hertshooi
Engelwortel
Kruipende boterbloem
Wilgenroosje
Kleine valeriaan
Pinksterbloem
Boogsterrenmos
Gerimpeld boogsterrenmos
Rimpelmos
Kleine Water Eppe

Wilde Bosrank

Er vliegt een sperwer over, te herkennen aan het fladderen afgewisseld met zweven. Een sperwer bid niet en heeft een lange staart.

Turkse Hazelaar

Langs de tweede lijn:
Bieslook
Wollige Munt
Mierikswortel
Raapzaad
Inheemse bereklauw
Ridderzuring
Smeerwortel
Kweek
Blauwe knoop (niet helemaal langs de lijn)
Hondsdraf
Klein streepzaad
Ereprijs
Kleefkruid
Vogelmuur
Biggekruid
Zevenblad
Paardenbloem
Dikkopmos

Libel (vrouwtje van de blauwe glazenmaker, haar lichte delen zijn doorgaans groen en haar ogen hebben geen blauw, zie foto onderaan)
Goudhaantje
Sijsjes
Roodborstje


Mossen

De mossen zijn ingedeeld in bladmossen, levermossen en hauwmossen.
De bladmossen zijn onderverdeeld in topkapselmossen, slaapmossen en veenmossen.

Mossen onderscheiden zich van andere sporeplanten door hun levenscyclus: uit een spore (rechtsonder) groeit een voorkiem (protonema)(onder) en daaruit een mosplantje (de gametofyt)(centraal), waarop vervolgens een sporekapsel (sporofyt) gaat groeien. Uit het sporekapsel komen de sporen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten