zondag 5 juli 2009

vrijdag 3 juli 2009

zaterdag 27-06-'09

Verslag IVN-excursie Texel, 27 juni 2009
Eerste deel, tot ongeveer 14 uur
Om precies kwart voor acht waren we voltallig en vertrokken we met de comfortabele combi van Henk naar Den Helder. Daar aangekomen bleken nog enkele mensen op eigen gelegenheid te zijn gekomen, maar de trein was te laat, zodat we met te weinig personen voor groepstarief aan boord gingen. Na een vlotte overtocht op naar de fietsenverhuurder, waar wij onze fietsen – gelukkig met versnelling – in ontvangst konden nemen. Eerste doel was “De Petten”, vogelrijke plasjes langs het Molwerk. Een broedplaats van kokmeeuwen, maar ook zagen we bergeend met een stel jongen, scholeksters, grauwe ganzen en een enkele zilvermeeuw. Henk vond de vogels mooi, maar wees ons ook op het grasland met orchideeën en kale jonker (ook wel moerasdistel geheten naar de latijnse naam). Leo ving een rozekever.
Wij klommen ook over de dijk aan de andere kant, om de wachttijd op de laterkomers te over­bruggen. Mooi uitzicht op de Mokbaai met steltlopers als wulp, kluut en grutto, en tevens grote stern, eidereend en – voor mij de eerste keer in het wild – een paartje zomer­tortels [foto]. Hier groeien ziltplanten zoals zeekraal, maar kliederaars wisten ook een groenwier, wellicht Engelse sla, op te vissen. Frank-Peter kwam te laat tot de ontdekking dat je op een dijk waar schapen grazen niet zomaar overal kunt gaan zitten… Aan de andere kant van de Mok kun je goed over de vlakte heenkijken bij opkomend tij. Drie soorten distels, de geurige knikkende distel [foto], de akkerdistel en de speerdistel bleken er te groeien.
We namen het pad (de blauwe wandelroute) om de Horsmeertjes heen. Op het andere Horsmeertje zag ik een groepje rotganzen; deze wintergasten komen op Texel het hele jaar voor. Spectaculair is de lepelaar­kolonie, waaruit wij zo nu en dan een vlucht zagen overkomen. De voorhoede zag een blauwe kiekendief, die ik helaas heb gemist. In dit gebied maakten we kennis met diverse plantensoorten van vochtige en voedselarme bodem; het was hier en daar behoorlijk nat. De bessen van de duindoorn gisten al aan de struik; dat veroorzaakt dronken lijsterachtigen, maar verklaart wellicht ook de populariteit van duindoornmoes onder Dr. Vogel-aanhangers? De gidsen gingen ons even flink testen door flora’s uit te delen en planten te laten determineren. Gelukkig was mijn boterbloem met de veldgids van Eggelte gemakkelijk thuis te brengen (egelboterbloem). Mijn plantenkennis weer flink uitgebreid dankzij het zwoegen van anderen, maar heel interessant was een sluipwesp die een groene rups versleepte – als voedsel voor haar larven. Het rondvliegend bruin zandoogje zou het imago van deze rups kunnen zijn… Een verpoppende rups van de sint jacobsvlinder (de geelzwarte rupsen zag je overal op het jacobskruiskruid, zonder sint [foto]) en spinsel­motten trokken onze aandacht. Aandoenlijk waren de kleine rugstreeppadjes, donker met een lichte streep over de ruggengraat, die overal rondscharrelden.
Bijzonder in deze omgeving zijn de orchideeën, zoals de vleeskleurige orchis, rietorchis en verderop de fraaie moeraswespenorchis. Het muskuskaasjeskruid, verwant aan malva, is herkenbaar aan de meeldraden die op één stijl staan.
Hierna mocht ik de verslaggeving overdragen aan Joanne. Enkele deelnemers waren al gevlucht voor de warmte en ons vooruitgegaan naar het café, waar zij binnen de koelte en het koele nat opzochten. Na een voor ons groepje kort caféterrasbezoek nog even door naar het strand, en daarna moe maar tevreden de fietsen ingeleverd en met de boot van zes uur naar de vaste wal.
Gert-Jan Roebersen.
Waargenomen planten en dieren:
Planten op familie, namen volgens Henk Eggelte, Veldgids Nederlandse flora, 5e druk (2007), KNNV, Zeist. Vogels volgens Lars Jansson, Complete gids Vogels van Nederland, 1998, Natuurmonumenten,
’s-Graveland.
familie
plantensoort
anjerfamilie
gewone hoornbloem
composieten
akkerdistel
composieten
biggekruid
composieten
gele morgenster
composieten
jacobskruiskruid
composieten
kale jonker
composieten
knikkende distel
composieten
speerdistel
duindoornfamilie
duindoorn
duizendknoopfamilie
schapezuring
ganzevoetfamilie
zeekraal sp.
grassen
duinriet [pluimgras]
grassen
helm [aargras]
grassen
kamgras
grassen
reukgras
grassen
schapengras
helmkruidfamilie
grote ratelaar
helmkruidfamilie
mannetjesereprijs
helmkruidfamilie
stijve ogentroost
kaasjeskruidfamilie
muskuskaasjeskruid
kamperfoeliefamilie
wilde kamperfoelie
lipbloemen
brunel
orchideeën
vleeskleurige orchis
ranonkelfamilie
egelboterbloem
rozenfamilie
dauwbraam
rozenfamilie
duinroosje
sterbladigen
geel walstro (echt walstro)
teunisbloemfamilie
wilgeroosje
vetplanten
muurpeper
vlinderbloemen
hazepootje
weegbreefamilie
hertshoornweegbree
weegbreefamilie
smalle weegbree
wintergroenfamilie
rond wintergroen
korstmossen
IJslands mos
wieren
Engelse sla
Insecten:
Atalanta
Bruin zandoogje
Rozekever
Sluipwesp met groene rups (van zandoogje?)
Spinselmot
St. Jacobsvlinder, vooral rupsen, een verpoppend

Amfibieën:
Rugstreeppad

Vogels:
Aalscholver
Bergeend (met jongen)
Blauwe kiekendief
Eidereend
Gierzwaluw
Grasmus
Grauwe gans
Grote stern
Grutto
Kluut
Kokmeeuw (ook jongen)
Lepelaar
Rosse grutto
Rotgans
Scholekster
Wulp
Zilvermeeuw
Zomertortel